Lockheed-affaire, corruptieschandaal dat in de jaren 1975-1976 in de Verenigde Staten aan het licht kwam en politieke repercussies in andere landen had, met name in Nederland, Japan, Italië en de Bondsrepubliek Duitsland. Blijkens de verhoren door de subcommissie van de Amerikaanse Senaat zou de Lockheed Aircraft Corporation in het verleden hoge regeringsfunctionarissen in een aantal landen geld hebben gegeven voor bemiddeling bij de verkoop van Lockheed-produkten.
Nadat tijdens die verhoren ook de naam van prins Bernhard was gevallen, stelde de regering-Den Uyl de Commissie van Drie in die de zaak moest onderzoeken. Uit het rapport van de Commissie bleek dat prins Bernhard zich schuldig had gemaakt aan onzorgvuldig handelen in zijn positie als prins-gemaal. Aangezien bij vervolging een ernstige constitutionele crisis dreigde, werd van een strafrechtelijke vervolging van de prins afgezien. De regering besloot hem ontslag te verlenen uit een aantal officiële functies. Tevens werd hem verzocht een aantal van zijn functies in het bedrijfsleven neer te leggen.
