Liberale Partij in België, te Brussel opgericht in 1846, als eerste politieke partij in België.
Eerder waren de liberale beginselen al tot uiting gekomen in de groep van de → vonckisten en in de krachten die de → Belgische Revolutie veroorzaakten. De partij werd gekenmerkt door een sterk antiklerikalisme. Ze vormde liberale regeringen van 1847 tot 1855, van 1857 tot 1870 en van 1878 tot 1884. Tijdens deze laatste periode overheersten de radicale liberalen, die de heftige → schoolstrijd van 1879 1884 uitlokten. Omstreeks 1870 ontstond een breuk in de partij tussen doctrinairen en progressieven. Ten gevolge van de invoering van het algemeen meervoudig kiesrecht in 1893 werd zij teruggebracht tot een kleine partij. Tussen de twee wereldoorlogen nam zij herhaaldelijk deel aan coalitieregeringen. Na de Tweede Wereldoorlog verloor ze veel stemmen door de → koningskwestie. Eind jaren vijftig verliet ze haar antiklerikale standpunt en werd onder leiding van voorzitter Omer → Vanaudenhove hervormd tot → Partij voor Vrijheid en Vooruitgang en de → Parti pour la Liberté et le Progrès.