Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Vĕtustus

betekenis & definitie

1. in ’t alg., oud, reeds lang bestaande, oppidum, Hor., hospitium, sinds lang bestaande en onderhouden, Cic., vetustiores scriptores, Liv., vetustissima disciplina, Liv.; subst., vetusta (n. plur.), hetgeen lang geleden is (tegenover recentia, hetgeen pas voorbij is), Cic. | oud (in jaren), vetustissimus ex censoribus, Liv.

2. in ’t bijz., oud = ouderwets, vetustior et horridior ille, van Laelius als redenaar, Cic.

< >