ēre, gezond zijn, zich wel bevinden, slechts als begroetingsformule: salve, solvete, salveto, salvebis en salvere (iubeo),
1. bij het verwelkomen en dgl., gegroet! goeden morgen, - dag, wees welkom!, salvebis a meo Cicerone, mijn zoon C. laat u groeten, Cic., Dionysium velim salvere iubeas, ik verzoek u D. te groeten, Cic., deum salvere iubent, begroeten.hem als god, zeggen salve deus! Liv., salve, Iovis proles (van Hercules), Verg., o grata testudo Iovis, mihi cumque salve rite vocanti, Hor.
2. bij het afscheid: = adieu! God behoede u! vaarwel!, ook verbonden vale salve, Cic.; bij het afscheid nemen van overledenen, salve aeternum mihi aeternumque vale, Verg.