1. act., geschikt om iets te doen enz. = dienstig, bruikbaar, bekwaam, voldoende, c. dat. of m. ad en acc., Caes.
2. pass., geschikt om iets te lijden, te ontvangen enz. = (voor iets) ontvankelijk, (iets) waard, waardig, natura, een ontvankelijk gemoed, Cic., idonei homines indigentes, armen die (ondersteuning) verdienen, Cic., digni et idonei, die het verdienen en op wie de straf past, Sall.; gewl. m. volgend qui en coni. (evenals dignus), Cic., zelden c. abl., res humiles non idoneas dignitate sua iudicare, niet overeenkomstig hun waardigheid, Cornif. rhet.