Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Dēductĭo

betekenis & definitie

ōnis, f. het af-, wegvoeren, b.v. het wegvoeren, de overbrenging van een kolonie, kolonisatie, quae erit in istos agros deductio? Cic.; het verdrijven (uit een bezit); het afleiden (van water); het aftrekken (van een som). | overdr., voortzetting, vervolging, rationis, bewijsvoering, Cic.

< >