Borstontsteking; ontsteking van bindweefsel of klierweefsel van de borsten.
Boon (Vicia faba): de tuinboon.
De gemalen zaden. Bonenmeel aanmaken met warm water of met melk. In de vorm van cataplasmata aanbrengen op de aandoening.
Glaskruid (Parietaria officinalis): het groot glaskruid; ook muurkruid, perzikkruid.
Het bovengrondse deel van de gehele verse plant. In poedervorm gebruiken voor cataplasmata.
Kruiskruid (Senecio vulgaris): het klein kruiskruid.
De gehele bloeiende plant; de wortel wordt kruidwortel genoemd. 8% decoct, 10 minuten laten koken. Gebruiken voor natte omslagen.
Linze (Ervum lens): de gewone linze.
De zaden. Linzemeel kneden met warm water of met melk. In de vorm van cataplasmata aanbrengen op de aandoening.
Malve (Malva silvestris): het groot kaasjeskruid; ook maluwe.
De bladeren. 10% infuus, 80 minuten laten trekken. Gebruiken voor natte omslagen.
Plataan (Platanus orientalis): de oosterse plataan.
De bladeren. 10% decoct, 10 minuten laten koken. Gebruiken in de vorm van cataplasmata op de aandoening.
Tarwe (Triticum sativum); ook weit.
De gemalen zaden. Tarwemeel aanmaken met warm water of met melk. In de vorm van cataplasmata aanbrengen op de aandoening.
Tijm (Thymus serpillum): de wilde tijm; ook kruiptijm, kwendel.
Het bovengrondse deel van de bloeiende plant. 10% decoct, 25 minuten laten koken. Aanbrengen op de plaats van de aandoening.
Venkel (Foeniculum officinale): de wilde venkel.
De wortels. 10% decoct, 10 minuten laten koken. Gebruiken voor natte omslagen.
Vlas (Linum usitatissimum).
De zaden: het lijnzaad. Lijnzaadmeel gebruiken voor natte omslagen.
Vlier (Sambucus nigra): de gewone vlier; ook vledder.
De bloesem. 10% infuus, 20 minuten laten trekken. Aanbrengen op de plaats van de aandoening.
IJzerhard (Verbena officinalis); ook ridderblad, hardijzer.
De gehele plant. 10% infuus, 15 minuten laten trekken. Gebruiken voor natte omslagen.