Gepubliceerd op 11-11-2021

slaken

betekenis & definitie

slaakte, h. geslaakt (van slak IV: 1 losmaken, een band of andere bevestiging; 2 loslaten, vrijlaten; inz. van woorden, geluid: uiten):

1. iems. boeien slaken, lit. t.;
2. een zucht, een kreet slaken; nog lit. t., vero. de teugel slaken, vieren.

< >