Gepubliceerd op 11-11-2021

oproepen

betekenis & definitie

riep op, h. opgeroepen (1 te voorschijn doen komen; 2 telegraafdienst: waarschuwen, dat men seinen wil; 3 wekken; 4 ontbieden; gelasten te komen; bijeenroepen):

1. geesten, doden oproepen, beelden uit het verleden oproepen;
2. het kantoor te M. oproepen;
3. de reizigers om 7 uur oproepen;
4. iem. voor een examen oproepen; de leden ter vergadering oproepen.

< >