moeide, heeft gemoeid;
1. lastigvallen: niemand zal u moeien;
2. iem. in een zaak mengen, hem er niet buiten laten: iem. in een zaak moeien, betrekken; een hele dag is er mee gemoeid, zal er mee heengaan;
3. refl. zich met iem. of iets (onbescheiden) bemoeien: onbevoegd zich in een geschil moeien; zie koe.