Gepubliceerd op 11-11-2021

kiemen

betekenis & definitie

kiemde, h. gekiemd (1 van zaden: uit gaan spruiten; van planten: ontspruiten; van bladeren: ontbotten; 2 ontstaan, opkomen, zich ontwikkelen):

1. de zaden willen niet kiemen; als 't eerste lover kiemt en bot;
2. gevoelens doen kiemen in iems. hart.

< >