I. m. -en (iem., die, quasi onbewust, ernstig grappig-leuke dingen zegt of doet): Dorbeen was een —;
II. bn., bw. (1 van personen: de eigenschap van een droogkomiek hebbend; 2 van opmerkingen enz.: quasi-ernstig, maar grappig-leuk):
1. de -e heer Dorbeen;
2. dat was erg —; — opmerken.