Kleine woordentolk der geesteswetenschappen

A.J.H. van Leeuwen, A.P. Meyer-Gerhard (1977)

Gepubliceerd op 16-05-2025

CHAOS

betekenis & definitie

(g) Gapende ruimte.

1. De homogene oersubstantie, het ongeordende (geen wanorde) in tegenstelling tot kosmos. Zie aditi, âkâsha, pradhâna, svabhâvat, bythos.
2. De tweede van de orphische drieheid, de grote Diepte. De beide anderen zijn Chronos en Phanes.

< >