koning van Hamat (tegenw. Hama), bekend door een Oud-Arameesch inschrift uit ca. 800 v.
Chr., gevonden door II. Pognon in 1903, waarin hij verhaalt van zijn strijd tegen Bar-Hadad, zoon van Chazaël, koning van Aram en diens bondgenooten; en zijn god dankt voor de hulp, bij het beleg van de stad Chazrak (Zach.9.1 naast Damaskus genoemd) ondervonden.
Vgl. ➝ Hama.Uitg.: Inscriptions sémitiques de la Syrië, de la Mésopotamie et de la région de Mossoul (1907-’08, blz. 156 vlg.). Vertaling o.a. in: Gressmann, Altorientalische Texte zum Alten Testament (21926, blz. 443/4). A. v. d. Bom.