Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Witte

betekenis & definitie

Emanuel de, Ned. schilder. * 1617 te Alkmaar, † 1692 te Amsterdam. Leerling van Evert van Aelst en misschien ook van Carel Fabricius.

Hij is perspectivistisch steeds juist en zet zijn kerkinterieurs in een sterk zonlicht met een rijke toonmodulatie; zeer gevarieerd (meest kerkinterieurs, ook synagoge en gefantaseerde Kath. kerken; zijn vischmarkten zijn bekend). Meerdere werken in Rotterdam (Museum Boymans), Den Haag (Mauritshuis) en Amsterdam (Rijks Museum).Lit.: v. Wurzbach, Niederl. Künstlerlexikon; van Hall, Repertorium (1936, nr. 17958-17963); W. Martin, De Holl. schilderk. in de 17e eeuw (Rembrandt en zijn tijd; 1936, 408-412). p.Gerlachus.

2° Jacob Eduard de, Ned. letterkundige. * 1763 te Amsterdam, † 1828. Trachtte in 1784 als vaandrig van het Ned. leger het eiland Schouwen door verraad aan de Engelschen in handen te spelen, werd deswege tot zes jaar gevangenisstraf en tot levenslange verbanning veroordeeld, schreef in de gevangenis te Den Haag hoogdravende gedichten, historische treurspelen en burgerlijke romans.

Voorn, werken: Cephalide (roman, 1787); Constantia de Saint Denis (treurspel, 1787); Christoffel de Guina (treurspel, 1788); Dichtoffer aan Themire (mengelwerk, 1788); Martian en Jenny (roman, 2 dln. 1791); Schetsen van het menschelijk hart (1793); Burger Herman of de republikeinsche vader (tooneelspel, 1795); Zephire (een roman in brieven, z.j.). Asselbergs.

3° Nicolaas de, Augustijn, missionaris. * 1604 te Gent, † 21 Oct. 1665 in Mexico. Op het gebed van St. Thomas van Villanova wonderbaar genezen en door hem naar Mexico gezonden, bekeerde W. aldaar ontelbare Indianen. De vele mirakelen, die hij deed, bevestigden de heiligheid van zijn leven. Na zijn dood geschiedden op zijn graf nog meer wonderen.

Lit.: Keelhoff, Gesch. van het Augustijnenklooster van Gent (1864, 232-233). A. V. d. Born O.E.S.A.

4° Sergei Joeljewitsj, graaf, een der bekwaamste Russ. staatslieden van voor den Wereldoorlog. * 17 Juni 1849 te Tiflis (van Ned. afkomst), † 13 Maart 1916 te St. Petersburg. Bracht als minister van Financiën (18921903) orde in het geldwezen. Als voorstander van vrijzinnige concessies werd hij, na het instellen van een grondwettelijk régime (Nov. 1905), de eerste minister-president. W. kon echter de revolutionnaire agitatie niet onderdrukken en nam ontslag in Mei 1906. Zijn „Mémoires” verschenen in 1921-’23 (3 dln., Russ.).

Lit.: Von Korostowetz, Graf W. (1929). V. Houtte.

< >