Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

William Penn

betekenis & definitie

Verbreider van het Quakerisme in Amerika. * 14 Oct. 1644 te Londen, ♱ 29 Juli 1718 te Field Ruscombe bij Twyford. Zoon van een admiraal en de Ned. Marg. Jasper.

Studeerde te Oxford en Cambridge, waar hij zich reeds bij de Quakers aansloot.Maakte voor dit geloof meerdere reizen naar het vasteland, ook Ned., werd om zijngodsdienstige overtuiging herhaaldelijk gevangen genomen, trok naar Pennsylvanië (N. Amer.), dat Karel II hem schonk tot kwijting van een leening aan den staat, stichtte er een modelstaat van het Quakerisme, niet zonder de bitterste ontgoocheling, en streed voor verdraagzaamheid. Een godsdienstig, nobel man, die de geestelijke vader werd van de Indianen en het lot der Negerslaven verzachtte. Wachters.

Voorn. werken: op religieus gebied: No Cross, no Crown (1669); The Fruits of solitude (1692; zijn uiteenzetting v.h. oorspr. Quakerisme als inleiding o.h. dagboek v. Fox). Op politiek terrein: Essay towards the Present and Future Peace of Europe (waarin hij het arbitrage-idee onder de volken verdedigt).

Uitg.: Collected Works (Londen, 2 dln. 1726; 5 dln. 1782); Selected Works (ibid. 41825).

Lit.: biogr. v. Dixon (1851), Grant (1908), Graham (21918).

< >