Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Walsen

betekenis & definitie

(techn.),

1° Het geven van een bepaalden vorm aan stoffen, vnl. metalen, met behulp van draaiende cylinders. De eenvoudigste inrichting bestaat uit twee gladde, metalen cylinders, waarvan de boven elkaar gelagerde assen parallel loopen. De afstand tusschen de tegen elkaar in draaiende cylinders is gelijk aan de gewenschte materiaaldikte. Wordt nu een gloeiende metalen plaat van grooter dikte naar de cylinders geschoven, dan wordt deze door de onderlinge wrijving er tusschen door getrokken en tegelijk geplet, waarbij de lengte toeneemt.

Door de cylinders geen glad, maar een bewerkt oppervlak te geven, kunnen aan het te w. materiaal verschillende vormen gegeven worden (banden, rails, ➝ profielijzer).

Met behulp van twee in gelijke richting draaiende cylinders, wier assen elkaar kruisen, is het mogelijk een staaf tot naadlooze buis te vervormen (de zgn. Mannesmannbuizen; vgl. ➝ Mannesmann).

2° Walsen van wegverhardingen e.d. is het samendrukken der fundeerings- en verhardingsmaterialen door er een zware rol over heen te rijden. Is slechts een geringe druk noodig, dan kan men een enkele gietijzeren rol, voortbewogen door hand-, motor- of paardekracht, gebruiken.

Bij steenslag- en macadamwegen, alsmede bij de fundeerings- en tusschenlaag van asfaltwegen is een zware samendrukking noodig en gebruikt men stoom- en motorwalsen; naar den bouw onderscheidt men de tandemwals, waarbij 2 rollen achter elkaar in hetzelfde spoor rollen, en de driewielige w., waarbij twee achterwielen buiten het spoor van het voorwiel rollen (stoomwals); de achterwielen geven een veel grooteren druk per cm2 dan het voorwiel, waardoor deze wals aangewezen is voor steenslagwegen en fundeerings- en tusschenlagen van asfaltwegen. Voor de deklagen van asfaltwegen is echter een gelijkmatige wieldruk vereischt tegen de golfvorming; hiervoor is de tandemwals met gelijken druk op voor- en achterwiel aangewezen.

< >