Deze naam wordt gegeven aan de gymnastische oefeningen, die niet met behulp van toestellen worden uitgevoerd, waarbij men dus in zijn bewegingen meer „vrij” is. Onderscheiden worden v.o. waarbij men min of meer aan een plaats gebonden is (oefeningen op de plaats) en v.o. in het voortbewegen of van de plaats. Een afwisseling van beide noemt men gemengd v. o. Deze oefeningen kunnen ook met behulp van handgereedschap worden uitgevoerd (stokken, knotsen, ballen, halters, enz.).
Andere verdeelingen van de v. o. berusten op een bewegingsprincipe (statische, dynamische, rhythmische oef.) of op den invloed, dien men haar toedacht te hebben op physieke organen (lenigheids-, spierversterkende, rekkingsoefeningen), of op het organisme in zijn geheel (houdings-, behendigheids-, arbeidsoefeningen). Goris.