1° Francisco Adolfo de, visconde de Porto Seguro, Braziliaansch letterk. criticus en historicus. * 1816 te Sorocaba (S. Paulo), † 1878 te Weenen. Geboren uit een Duitschen vader, opgevoed in Portugal en het grootste deel van zijn leven buiten Brazilië verblijvend, heeft hij weinig van het Braziliaansch temperament en volkseigen, wat in zijn soberen, soms dorren stijl tot uiting komt. Toch is hij een der meest verdienstelijke pioniers op het gebied van Braziliaansche literatuur-geschiedenis.
Tientallen werken verschenen van zijn hand, ethnologische en anthropologische problemen, kronieken der eerste kolonisten, dagboeken van Portugeesche en Spaansche zeevaarders en verder ook over middeleeuwsche ➝ cancioneros. Zijn voornaamste werk is de Historia do Brasil (1857 en 1872); belangrijk is ook zijn Historia das lutas com os Holandezes (geschiedenis der oorlogen met de Hollanders). V. was diplomatiek vertegenwoordiger van zijn land te Madrid, legatie-secretaris in Paraguay en Peru en van 1868 tot aan zijn dood in Weenen. Terlingen.Werken: Diario da Navegação de Pero Lopes (1839); Cronica do descobrimento do Brasil (1840); Epicos brasileiros (1845); Florilegio da Poesia Brasileira (1850); Da literatura dos livros de cavalleria (1877).
2° Rahel, geboren Levin, een bekende figuur uit de Duitsche Romantiek, beroemd om haar letterkundig salon te Berlijn, waar zij ijverde voor emancipatie van de vrouw en van de Joden. * 19 Mei 1771 te Berlijn, † 7 Maart 1833 aldaar. Haar man Karl Aug. Varnhagen von Ense (1785-1858), een literator van derden rang, liet merkwaardige bundels Denkwürdigkeiten (1843 vlg.) na, benevens dagboeken (1861 vlg.), waarin de heele tijd herleeft. Haar beeld spreekt nog tot ons uit het piëteitsvolle Rahel, ein Buch des Andenkens für ihre Freunde (3 dln. 1833). Baur.
Lit.: A. Weldler-Steinberg, R.V. (1912); L. Feist, R.V. (1927); M. Sasmann, Frauen der Romantik (1929).