is volgens de Kath. leer onmogelijk, daar het door het doopsel eenmaal verkregen lidmaatschap der Kerk onverliesbaar is en dus noch vrijwillig opgegeven, noch tot straf onttrokken kan worden (volgens de Prot. opvatting is dit wél mogelijk). Wie zich feitelijk buiten de kerkelijke gemeenschap plaatst (feitelijke, eenzijdige u.), ten gevolge van ketterij, → schisma, volledigen → afval, begaat een zware zonde en een zwaar kerkelijk misdrijf, verliest daardoor de rechten aan het kerkelijk lidmaatschap verbonden (niet echter het lidmaatschap zelf) en loopt een van zelf intredende excommunicatie in (C.I.C. can. 2314). Schweigman.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk