Japansch schrijver van stukken voor het Kaboeki-volkstooneel en dzôroeri, poppentooneel met zang (zie het artikel ➝ Japan, sub IX, Tooneel). * 1653, † 1724. Naar men zegt eerst Boeddhistisch priester, verliet hij den geestelijken stand en vertrok naar Kioto. Met een beroemd componist, Gidagoe, en een samisen (guitaar)-speler, Takezawa Gorinemon, vormde hij een prachtige combinatie voor het besturen van een schouwburg. Hij is de auteur van wel 100 stukken, zoowel Sewamono’s (drama uit het gewone leven) als Dzidai-mono’s (hist. drama), waarin de sjindzjoe (gemeenschappelijke liefdesdood) een groote rol speelt.
Een dier stukken is bijv. „De Vrouwenmoord of de Oliehel” (1721), een ander, dat 17 maanden achtereen den schouwburg liet volloopen: „De gevechten van Kokoesen-ja” (Coxinga). Hij heeft ook veel voor het dzoroeri (poppentheater) geschreven. Men heeft hem wel eens den Jap. Shakespeare genoemd.Lit.: S. van Praag, Monzaëmon, Tjikämat’s Dramatische Verhalen. Borel.