Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-10-2019

Tiara (persoon)

betekenis & definitie

Andreas, geschiedschrijver, priester. * 1637 te Leeuwarden, ✝ na 1700. Maakte zijn theol. studiën aan het door Viglius van → Aytta te Leuven opgerichte Collegium Viglianum. Op een korte onderbreking na bracht hij zijn geheele priesterleven in Friesland door, vnl. als pastoor te Oosterend.

Zijn Annotationes vormen een belangrijke bron voor de geschiedenis van het Katholicisme in Friesland in de 17e eeuw. Waar hij de verrichtingen der regulieren bespreekt, is hij vaak met reserve te gebruiken.

Uitg.: Annotationes (d. 6. H. van Borssum Waalkes, 1894). — Lit.: Nw. Ned. Biogr. Wbk. (IV).

2° Petreius, Humanist. * 15 Juli 1514 te Workum, ✝ 9 Febr. 1586 te Franeker. Studeerde aan verschillende binnenen buitenlandsche universiteiten. Eerst geneesheer, nadien docent in de Oude talen, o.a. te Leuven, Dowaai (Douai), Leiden en Franeker. Onder meer uitgever van Lat. vertalingen van Plato en Euripides. Zelf een beroemd en geprezen Lat. dichter. Vermeeren.

Lit.: Molhuysen, in : Nw. Ned. Biogr. Wbk. (II).

< >