Zweedsch dichter uit de prae-Romantiek, anti-rationalistisch van strekking, een monistisch pantheïsme toegedaan. Zijn poezie onderging den invloed van het piëtisme, waarm hij werd opgevoed, en van Rousseau, Spinoza en Herder. * 1759 te Blasopp, ✝ 1808 te Greifswald, waar hij hoogleeraar en bibliothecaris was. De wijsgeerige grondslag vim T.’s laatste werken was een revolutionnair aristocratisme op zijn Robespierre’s.
Voorn. werken: Passionerna (1781), Nya Gransaren (1784); Rätt (1794) ; Maximim sive archimetria (1799 ; tegen Kant gericht).