Kanaal zonder sluizen, 171 km lang, tusschen Middell. Zee en Roode Zee (zie ook het bijkaartje Nijldelta op de krt. t/o kol. 536 in dl. I). Het kanaal is 12-13 m diep en heeft aan de opp. een breedte van 120 m.
Bij het graven werd gebruik gemaakt van vele meren (Mensaleh, Timsah, Bittere meren). De verkorting van den zeeweg was voor vsch. verbindingen beduidend, bijv. de weg Londen—Bombay werd met 44 % bekort, Triest—Bombay met 60 %. Vooral voor Engeland heeft het Suezkanaal veel waarde als „ruggegraat” van het British Empire, als kortste verbinding met Eng.-Indië. De Middell. en Roode Zee, Egypte en Arabië kregen nu voor Engeland een geheel andere beteekenis.
In 1935 voeren 6 000 schepen (te zamen ca. 33 millioen registerton) door het kanaal (waarvan Gr. Brittannië ca. 55 %, Duitschland 9,5 %, Nederland 8 %). Van Noord naar Zuid worden vooral fabrikaten verscheept, van Zuid naar Noord grondstoffen (dit laatste overweegt sterk). De Compagnie universelle du Canal maritime de Suez heft flinke kanaalrechten op personen en goederen, zoodat bijv. in 1927 de inkomsten ca. 600 millioen frs. bedroegen, de uitgaven ca. 120 millioen frs.; dividend 445 %.Geschiedenis. Het oudste kanaal werd door → Nechao aangevangen en door Darius I voltooid. De Arabieren hebben het kanaal nog eens hersteld, maar in de M.E. verviel het weer. De commissie, door Napoleon I ingesteld, ried het graven af, omdat ze een hoogteverschil van 10 m tusschen Middell. Zee en Roode Zee berekende. In 1856 maakte de Oostenrijker Negrelli een nieuw plan, dat door Ferd. de Lesseps werd overgenomen.
Deze kreeg 1856 een concessie van den onderkoning van Egypte Said Pasja. De werkzaamheden vingen 1859 aan en werden in 1869 voltooid. Op 17 Nov. 1869 werd het kanaal luisterrijk geopend. De totale kosten beliepen 640 millioen francs, maar hierin zaten de aandeelen van den onderkoning wegens geleverde handwerkersdiensten, enz. Deze Egypt. aandeelen kocht Engeland in 1875 voor 4 millioen p.st., zoodat het Britsche Rijk dc helft der aandeelen in handen heeft. De nationalistische beweging in Egypte (→ Arabi Pasja) voelde dit als een bedreiging voor ’s lands vrijheid en de overige mogendheden hadden belang bij de neutraliteit van het kanaal. Op 29 Oct. 1888 werd, na lange onderhandelingen, het Verdrag van Konstantinopel geteekend, waarbij het kanaal te allen tijde voor alle handels- en oorlogsschepen open zou zijn.
Lit.: G. Hermann, Der Suezkanal (1936) ; A. Wilson, The Suez Canal, its past, present and future (1933); Julien, Le tralie du canal de S. (1933). Ileere.