Tot de s. in wijderen zin behooren ook de plevieren en franjepooten. In engeren zin omvatten zij: kanoet-s. (Calidris canutus),krombek-s. (C. testacea), paarsen s. (C. maritima), bonten s. (C. alpina), kleinen bonten s. (C. alpina schinzii), kleinen s. (C. minuta), kleinsten s. (C. temminckii) en drieteenzandlooper (Crocethia alba). Alle hebben ze de grootte van een spreeuw en de meeste zijn alleen in het winterhalfjaar in onze streken. Bernink.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk