Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Slokdarm

betekenis & definitie

Een gedeelte van het darmkanaal gelegen tusschen de keelholte en de maag. Evenals van het geheele spijsverteringskanaal bezit ook hier de wand een kring- en lengtespierlaag, die door beurtelings samentrekken en verslappen een ➝ peristaltische beweging tot stand brengen.

Hierdoor wordt het transport van den spijsbrok van de keelholte naar de maag bevorderd, doordat de kringspieren telkens voor den spijsbrok verslappen, terwijl zij daarachter samentrekken. ➝ Spijsvertering. L. Willems.De lengte van den s. bedraagt bij volwassenen 20 tot 35 cm. Ter hoogte van de luchtpijpsplitsing en van het middenrif is de s. wat nauwer.

Ziekelijke vernauwingen kunnen vsch. oorzaken hebben:

1° Aangeboren misvorming;
2° Gevormde litteekens als gevolg van a) verbranding (bijtende of heete vloeistoffen), b) zweervorming (infectieziekten), c) verwondingen (degenslikkers); 3° Door gezwellen in of buiten den slokdarm.

Ook kunnen tijdelijke vernauwingen door zgn. slokdarmkramp (oesophagisme) ontstaan. Deze aandoening komt bij nerveuze personen voor. Verder kan slokdarmkramp ontstaan door prikkeling van den s. (vreemd lichaam, enz.).

Het meest voorkomende gezwel van den s. is kanker. Verdere ziekten zijn de acute en de slepende ontsteking. De eerste komt voor bij infectieziekten, verbranding, enz.; de tweede bij drankmisbruik en bij hart- en nierziekten.

In den slokdarm vastzittende vreemde lichamen worden met behulp van een oesophagoscoop verwijderd. Munten verwijderde men vroeger met een muntvanger; deze behandeling wordt echter niet meer toegepast.

Nelissen.

< >