Grieksch beeldhouwer uit Paros, van 400-340 v. Chr., werkzaam in Tegea, te Halicamassus en te Ephese.
Karakteristiek is de uitbeelding van zijn koppen: er ligt iets vermoeids in de pathetische uitdrukking van de diepliggende, overschaduwde oogen, waartegen de energieke kop, die zich licht naar boven toe wendt, eenigszins reageert. Uitgaande vooral van deze kunst-eigenaardigheid, en met de gevelbeelden van den tempel te Tegea als vertrekpunt, heeft men vele beelden uit de Oudheid, hetzij oorspronkelijk, hetzij nagevolgd, aan S. toegeschreven.
Beroemd zijn de beelden van het ➝ Mausoleum te Halicamassus, Meleager (Mus. Berlijn), de razende Maenade (Dresden), Apollo de citherspeler (München) en (onder zijn invloed en kunstrichting bewerkt) Niobe en haar kinderen (Florence).