Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Schot (scheepsbouw)

betekenis & definitie

(scheepsbouw k.). De ruimte onder dek van ijzeren en stalen schepen wordt verdeeld door dwarsschotten.

Bij kleinere schepen wordt het aantal meestal beperkt tot twee, en wel één voor-schot: het zgn. piek- of aanvaringsschot, en één achter-piekschot, welke resp. op korten afstand van voor- en achtersteven worden geplaatst. Overigens wordt het aantal s. en ruimen bepaald naar de grootte en de bestemming van het schip.

Op de grootere passagiersschepen worden de s. geheel waterdicht geconstrueerd en, waar noodig, voorzien van waterdichte deuren. De bedoeling hiervan is het gevaar voor zinken te beperken door de ruimten zoodanig te verdeelen, dat het schip met een of meer, door lekkage met water gevulde ruimen, kan blijven drijven.

Op de nieuwste passagiersschepen kunnen alle waterdichte deuren vanaf de commandobrug gesloten worden door een electrisch of hydraulisch mechanisme.Over aantal en constructie van de s. in zeeschepen worden door de classificatie-bureaux bepaalde voorschriften uitgegeven. Behalve deze dwarsschotten worden ook langsscheepsschotten aangebracht, meestal dienende als „slingerschotten” in ruimen, welke met water (ballast) of andere vloeistoffen, als petroleum, benzine of stookolie, gevuld worden. De zgn. tankschepen, welke uitsluitend tot het vervoer van vloeibare ladingen worden gebruikt, zijn over de volle lengte door langs- en dwarsschotten verdeeld.

Bijvoet.

< >