Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Schedelbreuk

betekenis & definitie

Opheffing van den normalen samenhang van de beenige bedekking van den schedel, ontstaat door trauma. Men onderscheidt ze

a) naar de localisatie in: breuken van schedeldak, van gezichtsschedel en schedelbasis;
b) naar de wijze van ontstaan in breuken, ontstaan door buiging en in die, ontstaan door barsten.

De eerste ontstaan door inwerking van trauma op een scherp omschreven plaats en op de plaats van het geweld, de tweede als het trauma inwerkt op een groote oppervlakte op de zwakste plaats, zooals bijv. dikwijls bij schedelbasisbreuk, waar bij dwarse samendrukking van den schedel de breuk optreedt op de zwakste plaats aan de schedelbasis. De prognose hangt sterk af van de mate, waarin de hersenen en hersenzenuwen mede aangedaan zijn en van de omstandigheid of de breuk gecompliceerd is. De behandeling is meestal conservatief; slechts op bepaalde indicatie (bijv. impressie, uitwendige wond, toenemende druk op de hersenen) wordt operatief ingegrepen. Krekel.

< >