De taal der in N.W. Germanië gevestigde Saksen, ten tijde van Karel den Grooten en Lodewijk den Vromen, ons bekend door den ➝Heliand, de Genesis en enkele kleinere bronnen.
Later heet het S. Middel(tot ca. 1600) en Nieuw-Nederduitsch (➝Duitsch).
Grens tusschen S. en ➝Frankisch in het W. is de IJsel. Van het S. moet het ➝Angelsaksisch scherp onderscheiden worden.Lit.: Gallée, Altsächs. Gramm. (21910). Mansion.