Britsch gebied in Z. Afrika, genaamd naar Cecil John ➝ Rhodes.
Het grenst in het Z. aan Transvaal en Beetsjoeanaland, in het W. aan Port. Angola, in het N. aan Belg.-Kongo, in het N.
O. aan Tanganjika en Njassaland, in het O. aan Port. Oost-Afrika.
De Zambesi scheidt R. in een N. en een Z. deel.Noord-Rhodesia Opp. 750 000 km2, met 7000 Blanken en 1¼ millioen Inboorlingen; maakt deel uit van de Centraal-Afrik. hoogvlakte, waar uitgestrekte heuvelruggen de waterscheidingen vormen. Het land is nauwelijks ontgonnen en bestaat uit „veld” of savanne; bevat veel wild: olifanten, leeuwen, nijlpaarden, neushoorns, giraffen, antilopen, „bokken”, elanden en zebra’s. Is rijk aan mineralen: steenkolen, asbest, chroomerts, koper, zilver, goud, mica en lood. De landbouw levert maïs, tarwe, katoen, tabak en ooft. Het klimaat helt naar het tropische, met regelmatigen regenval van Dec. tot Maart. De spoorweg naar Kongo doorsnijdt het land van Z. naar N. De voornaamste plaatsen zijn: Livingstone, Fort Jameson, Abercorn en Broken Hill.
N.-R. is een kroonkolonie. De gouverneur wordt bijgestaan door een uitvoerenden raad van 5 hoofdambtenaren en een wetgevenden raad van 14 leden, waarvan 5 vrij gekozen worden door de blanke ingezetenen.
Lit.: Gouldsbury en Sheane, The great Plateau of N. Rh. (1911): Worsfield, Union of S. Africa (1913).
Zuid-Rhodesia. Opp. 390 000 km2, met ruim 50 000 Blanken en bijna 1 mill. Inboorlingen; ligt op een hoogvlakte 1000 tot 1700 m hoog, en beslaat het vroegere ➝ Masjona- en ➝ Matabeleland; de waterscheiding tusschen Zambesi en Limpopo loopt Z. W.-N. O. en helt van 1600 tot 300 m. Het klimaat veroorzaakt heete dagen en koele nachten.
Fauna, mineralen en landbouw als vermeld onder N. Rh. De voornaamste plaatsen zijn: Boelawayo, Wankie, Salisbury, Victoria, Oemtali, Gwelo, Enkeldoorn en Melsetter. R. is door den spoorweg met de kusten van Afrika verbonden: Z.waarts met het spoorwegnet der Unie van Z. Afrika, W. met dat van Z. W. Afrika en Angola; N. met de Kongo en O. met Beira.
Z.-R. heeft zelfbestuur. De wetgevende macht berust bij twee Kamers: Wetgevenden raad, bestaande uit gouverneur en verantw. ministers; Wetgevende vergadering, bestaande uit 30 leden gekozen in 11 kiesdistricten.
Lit.: Off. Yearbooks Colony of Southern Rhodesia. Geschiedenis.
Uit praehistorische tijden dagteekenen de sporen van schatgravers (➝ Monomotapa) en mijnwerkers als Zimbabwe, naar verluidt de goudmijnen van Salomon en Hiram. In 1837 vestigden zich in deze oorden de Matabele, verdreven uit den tegenw. Oranje-Vrijstaat en Transvaal door de Voortrekkers. In 1884 en 1888 veroverden de Engelschen dit gebied en bestuurden het onder de Gecharterde Britsch Z.-Afrik. Compagnie. In 1923 werden de rechten dezer Comp. aan de Britsche kroon overgedragen en het gebied in tweeën verdeeld; N. en Z. van de Zambesi. 1 Oct. 1923 verkreeg het Z. zelfbestuur; 20 Febr. 1924 werd het N. een kroon-kolonie. De stichting van dit gebied onder Britsche vlag was de kroon op den levensarbeid van Rhodes: de omsingeling der Holl. republieken en de afsnijding van haar expansie N.waarts.
Kath. missie.
N. R. vormt de apost. prefectuur van Broken Hill, toevertrouwd aan de Jezuïeten. Ruim 13 000 Kath. Z. R. valt onder het apost. vicariaat van Salisbury, toevertrouwd aan de Jezuïeten. Bijna 35 000 Katholieken.
Lit.: D. Livingstone, Missionary Travels (1857); T. Baines, Gold Regions in S. Africa (1877); F. C. Selous, A Hunter’s Wanderings in Africa (1881); T.
Bent, Ruined Cities in Mashonaland (1892); G. Mac Call Theal, Records of S. E. Africa (1896-1904); E. T. Jollie, Rhodesia (1924); Marshal Hole, The Making of Rhodesia (1926). Besselaar.