Vertaling van het Lat. pietas, niet: → vroomheid of godsvrucht, maar wel de deugd, welke de waardigheid van het oorsprong-zijn beschouwt (S. Thomas, Summa Theol. II II q. 101). Op de eerste plaats eert zij God, dan ouders en bloedverwanten, en → vaderland.
Vergelijk → Kinderplichten; Ouderplichten. Salsmans.