Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 16-10-2019

Nikè

betekenis & definitie

(Gr., = zegepraal), Grieksche godin; als verpersoonlijking van zege en als zegebode al in de vroege mythologie bij den strijd van goden en menschen vermeld, had N. in de Oudheid haar cultus o.a. te Olympia. Onafhankelijk daarvan bestond te Rome de cultus van Victoria, die vooral ten tijde van Rome’s wereldmacht over gansch het rijk verspreid was.

Bekend zijn de Nikè-voorstellingen door de plastische kunst der Grieken. In de Archaïsche kunst is de Nikèfiguur gevleugeld en herinnert in de oudste bekende exemplaren aan beelden van Artemis, in wier tempel te Delos trouwens een typische N. van Archermos ontdekt is.

De kleine Nikè-figuren, die Phidias vervaardigde voor het Parthenon en voor den Zeus-tempel te Olympia, zijn slechts door vermelding bekend. Een eenig kunstwerk van sierlijkheid en mooie lijn is de N. van Paionios te Olympia, die voorgesteld wordt met opstaande vleugels, terwijl zij rustig schijnt neer te strijken.

Van ca. 300 v. Chr. dateert de N. van Samothrake (thans in het Louvre te Parijs): de kunstenaar heeft de vliegbeweging door een chiastische overeenstemming van armen en beenen uitgebeeld: de godin komt aangestormd op het voorgedeelte van een schip, met de zegetrompet in de eene hand en een tropee in de andere.

E. De Waele.

< >