(Rhinocerotidae), een fam. van de onparighoevigen, waarvan 7 soorten bekend zijn. De kop is in het hersengedeelte sterk samengedrukt, het gezichtsgedeelte is daarentegen zeer lang en draagt een hoorn of twee achter elkaar staande hoorns.
De bek is klein, de bovenlip vormt een vingervormig verlengsel. De oogen zijn klein, de ooren groot.
De korte, geplooide hals is dikker dan de kop; het dikke lichaam is van voren hooger dan achteraan; de staart is kort. Van de hoeven is de middelste tweemaal zoo breed als de beide zijdelingsche; alle rusten op een elastisch eeltkussen.
De huid is zeer dik, haast onbehaard en maakt door plooien de beweging mogelijk. De hoorns, vormingen der opperhuid, rusten op de huid, die het voorste gedeelte van het gezicht bekleedt.
De Aziatische soorten bezitten snijtanden, die bij de Afrikaansche ontbreken; hoektanden zijn nooit aanwezig; in eiken kant van elke kaak bevinden zich zeven kiezen. Het voedsel bestaat uit boomtakken, struiken en grassen.
De n. bewonen het vasteland van Voor- en Achter-Indië, Java, Sumatra en Afrika, Zuidelijk van de Sahara.De voorn. soorten zijn: de Indische neushoorn (Rhinoceros unicornis L.), met slechts één hoorn; tegenwoordig beperkt tot een smalle landstreek, die zich aan den voet van den Himalaja van Nepal Oostwaarts tot Assam uitstrekt. Hij wordt met een staart van 60 cm 3,75 m lang, 1,7 m hoog en ca. 2 000 kg zwaar. Oude dieren zijn eenkleurig donker grijsbruin met rood- of blauwachtige tint; jonge dieren zijn lichter gekleurd. De Sumatraansche neushoorn (Dicerorhinus sumatrensis Cuv.) leeft op Sumatra, Borneo en Malaka; hij bezit twee hoorns en wordt 2,1 m lang met een hoogte van 1,2 m; de kleur is donker.
De Afrikaansche of zwarte neushoorn (Diceros bicornis L.), met twee hoorns, waarvan de voorste 80 cm lang wordt, is 4 m lang met een staart van 60 cm en een hoogte van 1,6 m. De kleur wisselt af Afrikaansche neushoorn. van donker leigrijs tot vuilrood-bruin. Hij is over een groot deel van Middel- en Zuid-Afrika verspreid, maar verliest door de intensieve vervolging steeds meer terrein.