Een melkveehoudersbedrijf, dat zich ten doel stelt melk te leveren, waarvan de besmettingskans zoo klein mogelijk is. Melk kan op twee wijzen besmet worden:
1° Reeds in den uier van de koe, doordat er tuberkelbacillen of streptococcen aanwezig zijn, die ontstekingen van dit orgaan teweegbrengen, of doordat de koe de verwekkers van golvende koorts (febris undulans abortus infectiosus Bang) of van mond- en klauwzeer in zich herbergt.
2° Tijdens het melken, het vervoer, kortom elke behandeling op den weg van koe naar verbruiker. In dit tweede geval kunnen wederom tuberkelbacillen (aanhoesten), doch ook typhus-bacteriën in de melk geraken. Hoewel minder veelvuldig, kunnen ook choleravibrionen en dysenteriebacteriën in de melk geraken, hetzij overgebracht door vliegen of op andere wijzen. Bovendien kan melk hygiënisch onbetrouwbaar worden, wanneer saprophytische (rottings-) en andere bacteriën de eiwitten van de 'melk tot soms schadelijke producten orazetten (zomerdiarrheeën bij zuigelingen). Verontreiniging der melk door stalmest, koeharen e.a. begunstigt deze rotting. Neemt men hierbij in oogenschouw, dat pasteuriseeren wel de bacteriën zelf doodt, maar niet de wel of niet schadelijke stofwisselingsproducten van deze bacteriën vernietigt, en dat het koken der melk het vitaminengehalte omlaag brengt, dan is het doel, dat een m. beoogt, gemakkelijk te achterhalen. De m. wil rauwe melk, smakelijker en beter verteerbaar dan gepasteuriseerde, op deugdelijke wijze in den handel brengen. Gezond vee, gezond personeel, stipte reinheid, nauwkeurige hygiënische controle zijn het abc van de m. De productie en distributie van de melk houdt zij in één hand, wat ook geldt voor boter, karnemelk, yoghurt e.a. zuivelproducten. Ziektenkundig bacteriologisch en chemisch onderzoek van mensch, dier (quarantaine-maatregelen, stamboekvee) en product wordt binnen hetzelfde bedrijf uitgeoefend.
Toch blijven er ook aan de meest ideale m. nadeelen verbonden. Het zuivelproduct verliest zijn beteekenis als goedkoop en voor een ieder bereikbaar volksvoedsel en de hygiënische betrouwbaarheid, zelfs bij de meest intensieve keuring, kan niet wedijveren met door pasteurisatie ontsmette melk. In Nederland kent men eenige m., als bijv. „Hofstede Oud-Bussem” te Naarden en „Huis ter Aa” te Doorwerth, die vanaf het begin dezer eeuw bestaan. De proefzuivelboerderij te Hoorn ontleent haar beteekenis aan het wetenschappelijk onderzoek (vitaminengehalte in verband met deugdelijke veevoeding, e.a.).
Lit.: „Hofstede Oud-Bussem”, overdruk uit „Nederlands welvaart” (1917).