Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Miereneters

betekenis & definitie

(Myrmecophagidae) vormen een familie der Xenartha (vroeger met andere fam. de orde der tandeloozen genoemd), waartoe drie in Z. Amerika levende soorten behooren, die zich in hoofdzaak met mieren en termieten voeden. De schedel heeft den vorm van een buis met vooraan een kleinen mond, waardoor de lange, wormvormige, kleverige tong in- en uitgestoken wordt.

Aan beide voeten zijn vijf teenen; aan de voorpooten heeft de sterk ontwikkelde derde teen een krachtigen nagel voor het aanbreken der termietenheuvels; deze wordt ook als wapen gebruikt; om de nagels scherp te houden, loopt het dier op den rand van den voet met ingetrokken teenen. Het lichaam is langgerekt met een half zoo langen staart. Oogen en ooren zijn klein.

De bekendste is de groote miereneter (Myrmecophaga tridactyla L.), in Suriname tamanoa genoemd, die 1 m lang wordt met een staart van 70 cm; de kleur is aschgrijs; van den kop tot de lendenen loopt een zwarte, achter spits uitloopende band met smallen, witten rand. Keer.

< >