Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Malmö

betekenis & definitie

Hoofdstad van het dichtbewoonde landbouwlandschap Skaane en van de prov. Malmöhus in het Z. van Zweden, aan den Z. ingang van de Sont (55° 35' N., 13° 5' O.); opp. 5 401 ha, ca. 128 000 inw. De eerste bloei, die steunde op handel en haringvisscherij, eindigde ca. 1600.

De binnenstad en het slot in het W. zijn uit dien tijd. Na vele oorlogen volgde nieuwe bloei door de haven, die in 1775 werd aangelegd, en later ook door de spoorwegen (1856), die de stad met het overige Zweden verbonden. In den nieuwsten tijd werden de havens uitgebreid (1903), werden er een groote industrieen een vrijhaven aangelegd ten N. van de stad en voegde zich bij den handel nog de industrie : scheepsbouw, textiel, kunstmest en cement in het geannexeerde Limhamn.

Zoo ontstond hier een moderne groote stad, de derde van het land, met een havenverkeer van ca. 3,5 millioen N. R.T., met een technische en een zeevaartschool, spoorwegveer naar Kopenhagen enz. M. is ook een belangrijke vlieghaven.

De stad heeft een Kath. kerk en ziekenhuis. In 1848 werd in M. de wapenstilstand gesloten tusschen Pruisen en Denemarken.De prov. Malmöhus is 4 847 km2 groot en heeft 511 000 inwoners. fr. Stanislaus.

< >