(Sanskrit arhat), „eerbiedwaardige”, wijze, die de verlichting bereikt heeft en vooreeuwig verlost is. De Boeddhistische tempels in China bevatten de beelden van 18 lo-han, de meest bekenden, want sommige tempels hebben er bij honderden. In de Indische en vroege Chineesche boeken spreekt men enkel van zestien arhat, die de bewakers zijn van de leer van den Sjakjamoeni (= historische Boeddha).
Lit.: Doré, Recherches s. l. superstitions en Chine (VII Sjanghai 1914); Watters, The eighteen L. of the Chinese Buddhist Temples (Sianghai 1899). Mullie.