(Meester Lie), Taoïstisch philosoof uit de 5e en 4e eeuw v. Chr., wiens volle naam was Lie Jü K’ow, die nu en dan voorkomt in → Tsjwang-tze, maar nergens in Se-Ma-Tsien’s geschiedboek Sje-ki, wel echter in de Annalen van Han, van Swi, enz. Het boek Tsj’oeng-hsu-tsjen-king, het Ware Boek der Volkomen Leegte, wordt aan hem toegeschreven, dat evenals Tsjwang-tze’s Nan-kwa-king, Lao-tze’s leer in vertellingen en allegorieën illustreert.
Lit.: Lia Dsi (de naam hier is Sjanghai-dialect), Das Wahre Buch vom Quellenden Urgrund, d. Richard Wilhelm (Jena 1921) ; Ch. de Harlez en Lional Giles (Ann. Mus. Guimet, XX, 1891) ; Textes Taoïstes; Taoïst Teaehings (Londen 1912); L. Wieger, Les Pères du système Taoïste (II Hsien-hsien 1913).