Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 15-08-2019

Kaiserstuhl

betekenis & definitie

Alleenstaand, oorspronkelijk vulkanisch, gebergte in de Bovenrijnsche laagvlakte (IX 512 B4); behoort tot de voorgebergte-zône van het Zwarte Woud. Bestaat uit Tertiaire lagen, doorbroken door dieptegesteenten (tephriet), en is bedekt met uitvloeiingsgesteente (essexiet).

De hoogste top is de Totenkopf (559 m). De lagere hellingen van den K. zijn met dikke losslagen bedekt (holle wegen).

Tot op 350 m hoogte zijn in de löss terrassen aangelegd. K. is het dichtst bevolkte landbouwgebied van Baden.

In het ca. 110 km2 groote gebied wonen 28 000 menschen. Ong. 2 400 ha wordt voor wijnbouw gebruikt.Lit. : Der K. Eine Naturgesch. des Vulkangebirges am Oberrhein (Freiburg i. B. 1933). Comijn.

< >