Violist. * 28 Juni 1831 te Kittsee (Pressburg), † 15 Aug. 1907 te Berlijn. Werd 1838 leerling van J.
Böhm aan conservatorium te Weenen, later van Moritz Hauptmann te Leipzig. Invloed van Mendelssohn; in 1849 werd hij kapelmeester te Weimar en sloot zich aan bij den kring van Liszt.
Hij was werkzaam te Hannover en in 1868 directeur der Hochschule für Musik te Berlijn; later professor aldaar.Werken: vioolcomposities, ouvertures, enz.
Lit.: Briefe an und von J. (1911-1913); Moser, J. J. (1907-’10).
Piscaer.