Johann amos comenius - (Komensky), paedagoog, naast Hus de beroemdste man van het Tsjechische volk, behoorde tot de Moravische Broeders, wier laatste bisschop hij was, en dankt zijn roem aan zijn paedagogische geschriften. * 1592 te Nivnitz, ✝ 1670 te Amsterdam. Oorlogstroebelen, benevens zijn godsdienst en zijn faam, dreven hem van de eene plaats naar de andere: hij woonde of vertoefde in Moravië (zijn geboorteland), te Herborn en Heidelberg (voor zijn theol. studie), in Bohemen, Polen (Lissa, meerdere malen), Engeland, Zweden, Pruisen (Elbing), Zevenbergen, Amsterdam, waar, met ondersteuning van de familie De Geer (Lod. de Geer en Oxenstiema had C. in Zweden leeren kennen), zijn werken werden uitgegeven.
Uit hoofde van zijn godsdienst was hij een vijand van de Habsburgers en van de Kath. Kerk. Als paedagoog vertegenwoordigt hij het realisme, d.w.z. brengt de moedertaal en de zaakvakken op den voorgrond, het tot dan toe alle onderwijs beheerschende Latijn op het tweede plan. Hij was in menig opzicht zijn tijd vooruit en stond o.a. een schoolorganisatie voor, zooals wij die in hoofdzaak thans nog kennen: eerste zes jaar: moederschool; 6—12 jaar: moedertaalof algemeene volksschool ; 12—18: gymnasium; 18—24: academie met reizen.
C. werd te Naarden begraven, waar men echter enkele jaren geleden tevergeefs naar zijn stoffelijk overschot heeft gezocht.
Werken: Janua linguarum (de poort der talen): een methode om Latijn te leeren: in 1 000 zinnen zijn 8 000 Lat. woorden verwerkt, terwijl het geheel een encyclopaedisch overzicht van al het weetbare bevat; dit boek vestigde C.’s naam ; Orbis pictus (de wereld in beelden), waarin zaak- en taalkennis worden vereenigd; Didactica magna (groote onderwijsleer), die én opvoeding én onderwijs behandelt; het boek vond pas in de 19e eeuw waardeering; behalve deze nog een groot aantal kleinere werken.
Uitg.: zie Herder’s Lex. d. PM. In het Ned.: Het Labyrint der wereld en het Paradijs des harten (Utrecht); Unum Necessarium, het eenig noodige (Utrecht).
Lit.: in iedere geschiedenis der paedagogiek. Rombouts