Dominicaan, geestelijk schrijver en prediker. * 1380 te Isny (Wurttemberg), ♱ 13 Aug. 1438 te Neurenberg. Eerst in de zielzorg; sinds 1423 prof. te Weenen.
Hij voerde als generaalvicaris de hervorming der Dominicanerorde in Duitschland door, ijverde sterk voor de bekeering der Hussieten, en speelde een rol van beteekenis op het Concilie van → Bazel. Zijn talrijke werken op het gebied van moraal en ascese werden veel gelezen; talrijke handschriften en vaak herdrukte boeken zijn van hem bekend.
Zijn leer is gezond,doch zijn Formicarius (Mierenboek) is al te lichtgeloovig omtrent heksen en tooverij.Lit.: Hurter, Nomenclator Literarius (8II 1906).