Deensch dichter en romanschrijver, van impressionistische en evolutionistisch-naturalistische richting. *7 April 1847 te Thisted, ✝30 April 1885 aldaar. J. kwam van de Darwinistische beoefening der natuurwetenschap tot de literatuur en ging dadelijk geheel mede met G. →Brandes.
Zijn werk is de trouwe en directe uitdrukking van een volslagen atheïsme: zijn hoofdwerk Niels Lyhne (1880) werd er terecht de bijbel van genoemd; maar ook de andere werken, de historische roman Marie Grubbe (1876), door Flaubert beïnvloed, en Noveller (1882) ademen dien anti-Christelijken geest.J.’s kunst vertoont de voortreffelijkheden en de gebreken van het Impressionisme: geringe kracht van conceptie en bouw, maar groote zuiverheid in de uitbeelding der details; hij is een meester van den schilderenden prozastijl, uiterst genuanceerd, maar niet altijd vrij van gekunsteldheid. J. werd vertaald in vrijwel alle Europeesche talen.
Uitg.: Samlede Vaerker, d. Borup en Nygaard (met bio-bibliographie 5 dln. 1924 vlg.).
Lit.: A. Linck, J.P.J. (21926); G. Brandes, J.P.J. (1924); H. Bethge, J.P.J. (Berlijn 1930); K.M. Brischar, J.P.J. und seine Schule (Leipzig 1906). Baur.