Stad in Bosnië, Joego-Slavië (VIII 490 D 1); ca. 4.000 inw.; aan de spoorlijn Sibenik—Sarajewo, autoweg naar Banjaluka. J. ligt aan den mond van de Pliva, een zijrivier van de Verbas.
De Pliva vormt meerdere watervallen, nl. een van 31 m hoogte bij J. en verschillende bij het 8 km Westelijk gelegen Jezoro, waar electriciteit wordt opgewekt voor een groote carbidfabriek. J. was eenmaal de residentie der Bosnische koningen, van wie de laatste in 1463 door de Turken werd onthoofd bij de inneming der stad.
In hetzelfde jaar heroverden Hongaren en Kroaten de vesting en handhaafden er zich tot 1528, toen de stad opnieuw in handen der Turken viel. Hoek.