(scheik.) zijn elementen, die verschillende atoomgewichten hebben, maar gelijke kernlading en electronenschalen. Hierdoor zijn ze langs chemischen of spectroscopischen weg niet van elkaar te onderscheiden en slechts aan te toonen met behulp van de ➝ massa-spectrograaf.
In 1919 heeft Aston ontdekt, dat het „element” Neon (atoomgewicht 20,2) een mengsel is van 2 elementen met atoomgewichten resp. 20 en 22. Daarna zijn alle elementen met de massaspectrograaf onderzocht.
Gebleken is, dat bijna alle elementen uit i. bestaan, die zelf als atoomgewichten geheele getallen hebben. Totaal kent men nu van 91 elementen 250 i.
Slechts die van platina en natrium zijn nog niet bekend. Het aantal kan zeer varieeren; tin heeft bijv. 11 i., chloor slechts 2.De resultaten van deze onderzoekingen zijn zeer belangrijk voor de kennis van den bouw der atoomkernen (➝ Kernphysica).
Zwikker.