Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Gulden Vlies

betekenis & definitie

Gulden Vlies - Naar Oud-Grieksche sage de gulden vacht van den ram, waarop Phrixos, zoon van Athamas en Nephelè, om te ontkomen aan de vervolging vanwege zijn stiefmoeder Ino, uit Orchomenos, samen met zijn zuster Hellè (die evenwel verdrinkt) over zee wegvlucht en te Aia (vereenzelvigd met → Colchis) aanlandt bij koning Aiètès. Phrixos had dan den ram aan Zeus gewijd en de vacht opgehangen in het heiligdom van Ares, waar het door een nooit slapendcn draak werd bewaakt.

In opdracht van Pelias, koning van Iolcos, gaat Iason, samen met de → Argonauten, het vlies halen en brengt het naar Iolcos. V. Pottelbergh Orde van het Gulden Vlies, hoogste Oostenrijksche (Spaansche) onderscheiding, in 1429 ingesteld door Philips den Goeden, bij gelegenheid van zijn huwelijk, ter eere van den Verlosser, de H.

Maagd en ter bevordering van het Christelijk geloof. De ridders (I klas) door den grootmeester te benoemen.

Deze waardigheid vererfde aan het Habsburgsche huis. Sedert 1559 tevens in Spanje.

Na het uitsterven der Sp. Habsburgers (1700) werden de Sp.

Vliesridders door Oostenrijk niet erkend. In Oostenr. zijn hooge adel en Kath. godsdienst vereischt.

Devies: Pretium Laborum non vile (in Spanje: Je l'ay empris).

Teeken: een door een gouden ring gehaald gouden ramsvel.

Keten: afwisselend twee toegewende vuurslagen, en een vlammen uitstralende steen. Dracht: helderroode fluweelen talaar (in Oostenrijk met purperen mantel), roode kousen en schoenen, roode fluweelen muts.De naam is ontleend aan het teeken: vliesvacht. Vgl. het vlies van → Gedeon. Men zegt, dat oorspr. gedacht is aan den ram van Jason, en daarop verklaard is als het vlies van Gedeon. E. van Nispen tot Sevenaer Paul Guldin Zwits. wiskundige; * 12 Juni 1577 te St. Gallen, ✝ 3 Nov. 1643 te Gratz. Aanvankelijk goudsmid, trad later in de orde der Jezuïeten en werd hoogleeraar in de wisk. te Weenen en te Gratz. Op zijn naam staan stellingen over opp. en inhoud van omwentelingslichamen, vermeld in zijn werk Centrobaryca (Weenen 1635, 1641); deze komen echter reeds bij Pappus voor, in wiens werken hij ze heeft kunnen leeren kennen. Dijksterhuis Stellingen van G.

De inhoud van een lichaam, ontstaan door wenteling van een vlakke fig. om een as in haar vlak, is gelijk aan het opp. der wentelende fig., vermenigvuldigd met den omtrek van den cirkel, beschreven door het zwaartepunt van dat opp. Het opp., beschreven door een (rechte, gebroken of kromme) vlakke lijn wentelend om een as met die lijn in één vlak gelegen, is gelijk aan de lengte der lijn, vermenigvuldigd met den omtrek van den cirkel, door haar zwaartepunt beschreven. v. Kol Gulf Coastal Plain Jonge kustvlakte (Tertiair en Quartair), in het Z. van de Ver. Staten om de Golf van Mexico. Begint bij de stad Memphis aan de Mississippi, omvat de staten Florida, Alabama, Mississippi, Louisiana, Texas. In het midden der vlakte de Mississippi; bij Baton Rouge begint de delta, die vingervormig in zee uitloopt. Het W. van Florida heeft een bochtkust, door daling ontstaan; overigens vindt men bijna langs de geheele kust hafvormen met „Nehrungen” en duinvorming.

Het klimaat heeft een eenigszins tropisch karakter. Juli-temp. tot 27°-29°. Jan.-temp. boven 0°. Regenval boven 200 cm. Koudegolven en droogteperioden zijn niet zeldzaam.

Hoofdproducten van de vlakte zijn katoen en maïs, langs de kust suikerriet en rijst. Werkkrachten op de plantages waren vroeger de Negerslaven, nu de vrije Negers en de „Arme Blanken”. Weinig industrie. Slechts enkele groote steden (Memphis, 162 000 inw.; New Orleans, 387 000 inw.). Erkelens Gulheid → Vrijgevigheid.

< >