Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Grondvraag stuk

betekenis & definitie

Grondvraag stuk - het complex van vraagstukken, samenhangend met het ➝grondbezit. Twee opvattingen staan hier tegenover elkaar.

De eerste houdt in, dat de grond eigendom is van de gemeenschap in haar geheel; welke dezen óf collectief in gebruik heeft, ofwel haar leden individueel onder zekere voorwaarden het gebruiksrecht van bepaalde gedeelten verleent. Dit beginsel ligt ten grondslag aan het middeleeuwsche ➝leenstelsel en geldt thans nog op vele plaatsen, o.a. in Indië.

In onze streken zijn nog overblijfselen van deze instellingen te vinden, bijv. in het collectief bezit en gebruik van ➝meentgronden.Lijnrecht hiertegenover staat de andere opvatting, welke aan het Rom. recht is ontleend en thans officieel algemeen aanvaard is in West-Europa. Deze beschouwt den grond als onderworpen aan het gewone eigendomsrecht, hij is verhandelbaar als elke willekeurige koopwaar en de eigenaar kan er vrijwel naar willekeur over beschikken.

Het g. komt als vraagstuk vooral naar voren in den vorm van verzet tegen deze tweede opvatting, wanneer de uitoefening van het volstrekte eigendomsrecht voert tot schade aan de gemeenschap; bijv. wanneer bij het agrarische grootgrondbezit de exploitatie onvoldoende is (achterlijke cultures, braakliggende akkers, reserveering als jachtterrein; zie ook ➝Latifundiën), of wanneer de pacht te hoog wordt opgeschroefd, of wanneer de landheer buitenlands woont en de opbrengst, in den vorm van de pachtgelden goeddeels naar elders afvloeit. Een ander misbruik is de ➝grondspeculatie nabij de groeiende bevolkingscentra. Elk dezer vraagstukken eischt een aparte beschouwing. Men zie verder bij de afzonderlijke trefwoorden.

< >