Gouden roos - Op Zondag → Laetare zegent de paus in de zaal der paramenten een g. r., waarbij hij een in het hart aangebracht doosje met balsem en muskus vult. Van deze roos is reeds sprake in de 11e, van balsem en muskus in de 12e, van wijding in de 15e eeuw; oorspr. was zij wellicht een natuurlijke roos (overblijfsel van een voorjaarsviering?).
De paus droeg haar met zich naar de basiliek van het H. Kruis, voor de Statie-mis, en schonk haar daarna aan een persoon, kerk of stad, enz., gelijk nog heden. Louwerse Lit.: Moroni, Le Capelle pontiftcie, cardinalizie . (Fr. vert.: Manavit, Hist. des chapelles papales, Parijs 1846); Rock, in : The Cath.
Encycl. (s. v. Gold rosé).