Generatianisme - of → Traducianisme leert, dat de menschelijke ziel tegelijk met het lichaam door de ouders wordt voortgebracht, in tegenstelling tot de Kath. leer van het → Creatianisme, volgens welke elke ziel door God geschapen wordt. G. werd geleerd door Tertullianus (ca. 200) en nog Augustinus kon niet beslissen, welke der twee theoriëen de juiste was.
De voortplanting der erfzonde speelde daarbij een rol. Ook zijn leerling Fulgentius en zelfs Gregorius de Groote achtten de zaak niet uitgemaakt.
Toch was het G. reeds krachtig bestreden door Gregorius van Nazianze (ofschoon het in het O. weinig verspreid schijnt geweest te zijn) en vooral door Hiëronymus. Anastasius II weerlegt het in een brief aan de biss. van Gallië van 498, omdat het toen in Gallië door sommigen verdedigd werd.
In de M.E. is het Creatianisme de alg. leer en pas in de 19e eeuw moest het Generatianisme opnieuw veroordeeld worden in Froschammer, Günther en Rosmini.Franses.